UA-97226585-1
Omdat er zo ontzettend veel over vet te vertellen is, is dit deel 1 van een blog van 3 delen over vet. In dit deel wordt uitgelegd waarom vetten zo belangrijk zijn voor ons lichaam, welke verschillende vetten er zijn, welke je nooit mag verhitten, hoeveel je er dagelijks van nodig hebt en waarom je dik wordt van bepaalde vetten.
Vetten (deel 1)
Lang werd gedacht dat vetten slecht voor je waren en dat je er dik van werd. Daarom werd uit zoveel producten het vet weggehaald en vervangen door suiker (want de smaak moet toch ergens vandaan komen) Gelukkig is dit inmiddels achterhaald, echter voor veel mensen blijft het vet toch in kwaad daglicht staan omdat ze bang zijn dat ze er dik van worden. En natuurlijk is dat ook zo, maar alleen wanneer je er teveel van eet en de verkeerde vetten eet.
Vet en olie zijn eigenlijk precies hetzelfde, echter bij kamertemperatuur heeft vet een vaste vorm en is olie vloeibaar. Vet is meestal dierlijk en olie is meestal plantaardig.
Verzadigd vet kan niet worden omgezet in onverzadigd vet. Een enkelvoudig onverzadigd vetzuur kan ook niet worden omgezet in een meervoudig onverzadigd vetzuur. Echter meervoudig onverzadigde vetzuren kunnen wel omgezet worden in enkelvoudige vetzuren. Meervoudig onverzadigde vetzuren zijn dus essentiële vetzuren. Je lichaam kan deze zelf niet aanmaken, dus moet je zorgen dat je deze met je voeding binnenkrijgt.
Hoe onverzadigder het vet, hoe eerder het vet gaat oxideren. Dit betekent dat het een reactie aangaat met zuurstof in de lucht. Hierdoor ontstaan vrije radicalen, deze kunnen bij elke interactie met een gezonde cel schade aanrichten. Dit wil je uiteraard voorkomen!
Zuurstof, licht en verhitting kunnen voor oxidatie zorgen.
Omega 3 vetzuren oxideren al bij kamertemperatuur, zodra het aan de lucht wordt blootgesteld. Daarom moet je visolie bv in capsules kopen en niet in een flesje. Hetzelfde geldt voor lijnzaad: wanneer je deze gebroken koopt, heeft het al gereageerd met de lucht.
Omega 6 vetzuren zijn wat stabieler, deze reageren minder snel bij kamertemperatuur. Maar wel bij verhitten!
Omega 9 vetzuren zijn stabieler en kun je best goed verhitten.
Verzadigd vet kan niet oxideren en maakt het dan ook bij uitstek geschikt om in te bakken.
Van omega 6 vetzuren wordt je eerder dik dan van omega 3 vetzuren. Dit heeft te maken met hoe onze genen zijn geprogrammeerd. Omega 3 is altijd voorradig geweest en zal het lichaam dan ook niet snel opslaan om een reservevoorraad van aan te maken. Omega 6 was vroeger in de oertijd niet altijd voorradig. Denk aan bessen en noten die alleen in de nazomer en herfst voorradig waren. Het lichaam heeft dus de neiging om dit op te slaan als reservevet. Omdat tegenwoordig omega 6 vetzuren het hele jaar door te verkrijgen zijn en het lichaam daar niet op aangepast is, sla je deze vetten dus op en kun je daar dus dik van worden. Vooral omdat in het Westerse voedingspatroon omega 6 vetzuren oververtegenwoordigd zijn t.o.v. de omega 3 vetzuren. De ideale verhouding om deze vetzuren in te nemen is 1:1. In het Westerse voedingspatroon is dit echter 1:20, 20 keer zoveel omega 6 vetzuren t.o.v. omega 3 vetzuren.
Vandaag de dag krijgen mensen gemiddeld 140 gram vet binnen, terwijl 60 gram vet de aanbevolen hoeveelheid is. De optimale vetinname ligt zelfs tussen de 40-50 gram per dag.
Dit komt neer op 1-2 eetlepels vet per maaltijd, waarvan 10% verzadigd vet. Daarnaast ervoor zorgen dat de verhouding tussen omega 3 vetzuren en omega 6 vetzuren 1:1 is.
Lees ook De rol van vetten in het remmen of bevorderen van ontstekingen in het lichaam